Financiering gemeentelijke en provinciale monumenten

Een hypotheek of financiering voor een monument

De modernisering van de monumentenzorg maakt het mogelijk voor eigenaren van gemeentelijke en provinciale monumenten om financiering te regelen bij het Restauratiefonds.

Als monumenteigenaar ben je geholpen met (eventueel) een subsidie, maar ook met financiering zónder bijbehorende administratieve rompslomp. Daar zorgt het Restauratiefonds al jaren voor voor eigenaren van rijksmonumenten. Die financiering op maat is er nu dus ook voor andere monumenteigenaren. En dat is goed voor monumenten, hun eigenaren, gemeenten én de restauratiesector.

Nu meer maatwerk

Eigenaren van gemeentelijke en provinciale monumenten konden al wel een lening aanvragen bij het Restauratiefonds. Zij hadden dan een gemeentegarantie nodig, betaalden hogere rente en hadden meer administratieve lasten. Dat is nu verleden tijd. Doordat de financiering is uitgebreid, is deze eenvoudiger en ‘op maat’ mogelijk.

Deze wijziging geeft gemeenten en provincies iets extra’s in handen om eigenaren te stimuleren om hun monument in stand te houden. Het is bovendien een impuls voor de restauratiesector omdat commerciële banken momenteel terughoudend zijn met het verstrekken van leningen.

‘Achterborg’

De gunstige financiering is mogelijk dankzij de ‘Achterborg’. Dit is de naam van een zekerheidsstelling die het ministerie van Financiën in 1996 afgaf voor het Restauratiefonds. Dat kan hierdoor geld inkopen tegen lagere tarieven en kan vervolgens gunstige leningen verstrekken voor instandhouding van monumenten.

Snel een scherpere hypotheekofferte? Hypotheekrente Onderhandelaar

Besluit rijkssubsidiëring onderhoud monumenten

Eigenaren van kerken die nog niet zijn ingestroomd in de instandhoudingsregeling, kunnen overheidssubsidie aanvragen voor onderhoud van hun rijksmonument. Voor die activiteiten is in veel gevallen ook een vergunning nodig.

Het Besluit rijkssubsidiëring onderhoud monumenten (Brom) is ingetrokken, maar op grond van de overgangsbepalingen van het Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten (Brim) nog van overeenkomstige toepassing voor die eigenaren waarvoor het instandhoudingsregeling nog niet in werking is getreden. De eigenaar van een beschermd monument kan, tot april van het jaar volgend op het jaar waarin onderhoudswerkzaamheden zijn uitgevoerd, een aanvraag om onderhoudssubsidie indienen bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, namens de minister. Die stelt de subsidiabele kosten vast en verleent de subsidie. Het Brom bevatte voor de inwerkingtreding van het Brim een specifiek subsidieregime voor beschermde kerkgebouwen, dat thans nog slechts geldt voor die eigenaren die reeds subsidie verleend hebben gekregen op grond van dit regime. Voor het overige blijft voor kerkgebouwen de mogelijkheid van subsidie op grond van het Brom uiteraard bestaan.

Ga hier naar het document: Besluit rijkssubsidiëring onderhoud monumenten

N.B. Hoofdstuk III van het Brom is met de inwerkingtreding van het Brim komen te vervallen.

bron: cultureel erfgoed