Heien t.b.v. vergunningsvrij bouwen
Vergunningsvrij heien
Is heien voor een vergunningsvrij bouwwerk ook vergunningsvrij? Ja. Het is onderdeel van de constructie. Het gehele bouwwerk is vergunningsvrij en kan zonder toestemming van de gemeente gebouwd worden. Bespreek de fundering goed door met uw aannemer.
Aandacht voor trillingen bij heien. Voorkom schade buren.
U hebt een bouwplan waarbij geheid moet worden ten behoeve van uw fundering. Indien er bestaande bebouwing in de nabijheid van de werkzaamheden staan dan is het handig om met de eigenaren van die aanliggende bebouwing in overleg te treden. Vaak komt het namelijk voor dat uw (toekomstig) buurman/vrouw onaangenaam verrast wordt indien er s’ochtendsvroeg een hei-installatie voor de deur staat.
Wij adviseren u om van tevoren een opname te maken van de staat van de bestaande bebouwing in de directe omgeving van de heiwerkzaamheden. Hiermee kunnen dan discussies voorkomen worden of de scheur in de muur er nu wel of niet in zat.
Bouwverordening
Indien eigenaren van belendingen onaanvaardbare overlast ondervinden (waardoor bijvoorbeeld schade kan ontstaan of te verwachten is) van de heiwerkzaamheden dan kunnen zij bij de Gemeente een handhavingverzoek indienen om de werkzaamheden stil te leggen. De Gemeente zal dan moeten kijken of de werkzaamheden wel of niet kunnen doorgaan. In de bouwverordening staat namelijk:
Artikel 7.3.2 Veiligheid van hulpmiddelen en het voorkomen van hinder
- Burgemeester en wethouders kunnen het gebruik van een werktuig, dat schade of ernstige hinder voor de omgeving veroorzaakt of kan veroorzaken, verbieden.
- Burgemeester en wethouders kunnen voorschrijven, dat voor een op een werk te gebruiken krachtwerktuig:
- uitsluitend een bepaalde brandstof wordt gebezigd, en/of
- de aandrijving elektrisch geschiedt, en/of
- het werktuig gedurende bepaalde delen van een etmaal niet mag worden gebruikt.
Omdat niemand gebaat is bij het stilleggen van werkzaamheden is het dus zaak dat u van tevoren goed overleg hebt gepleegd met uw aannemer en constructeur. Met name de constructeur kan u adviseren of heien wel of niet mogelijk is. Een alternatief voor het heien is gebruik maken van boorpalen. Wij geven u dit in overweging om dit alternatief met uw constructeur te bespreken gelet op de aanwezige bestaande bebouwing. Met boorpalen voorkomt u trillingen en wellicht een hoop ellende.
Verschil tussen aanbouw en bijgebouw FAQ
Wat is het verschil tussen een uitbouw en een aanbouw? Wat is het verschil met een bijgebouw?
In bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht wordt niet meer gesproken over aan- en uitbouwen of bijgebouwen. Dergelijke bouwwerken zijn nu gevat onder de gezamenlijke naam: bijbehorende bijgebouwen. Het verschil tussen aan- en uitbouwen en bijgebouwen zoals dat werd gehanteerd in het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningsplichtige bouwwerken (Bblb) bleek moeilijk hanteerbaar en slecht handhaafbaar. Daarom is nu gekozen voor de term bijbehorende bouwwerken waaronder zowel aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen als overkappingen vallen. De voorwaarden waaronder bijbehorende bouwwerken zonder omgevingsvergunning gebouwd mogen worden zijn opgenomen in artikel 2 en 3 van bijlage II bij het Bor. De definitie van het begrip bijbehorend bouwwerk is terug te vinden in artikel 1 lid 1 van dezelfde bijlage
Trefwoorden: Tuinhuisje, Schuur, Blokhut, Berging, Garage
Wat wordt bedoeld met functioneel verbonden FAQ
Wat wordt bedoeld met “functioneel verbonden met” in verband met het vergunningvrij bouwen van een bijbehorend bouwwerk (aan- en uitbouwen en bijgebouwen en overkappingen)?
Het begrip ‘functioneel verbonden met’ is in de plaats gekomen van ‘ter vergroting van het woongenot’. Dit was noodzakelijk omdat met het vergunningvrij bouwen volgens het Besluit omgevingsrecht ook is toegestaan bijbehorende bouwwerken bij niet woningen te bouwen. Functioneel verbonden zijn met houdt in dat het gebruik van het bijbehorende bouwwerk in planologisch opzicht gerelateerd moet zijn aan het gebruik van het hoofdgebouw. In de verdere toelichting gaan wij in op woningen, echter hetzelfde gaat op voor overige hoofdgebouwen.
Op basis van de voorwaarde ‘functioneel verbonden met’ mag in het bijbehorend bouwwerk geen gebruik worden gerealiseerd dat zich niet verhoudt met de geldende bestemming. Activiteiten die normaliter zijn toegestaan binnen bijvoorbeeld een bestemming ‘woondoeleinden’ zijn ook toegestaan binnen deze bouwwerken. De jurisprudentie die (in het verleden) is ontwikkeld over de vraag welke gebruiksactiviteiten zijn toegestaan binnen een woonbestemming kan dus richtinggevend zijn bij de uitleg van het begrip ‘vergroten van het woongenot’. Ook de toelichting op het de definitie van ‘bijbehorend bouwwerk’ in het Besluit omgevingsrecht (Bor) helpt hierbij.
Reeds meermalen is in jurisprudentie bepaald dat de vraag of een bepaald gebruik binnen een woonbestemming past, beoordeeld dient te worden aan de hand van ruimtelijke uitstraling die dat gebruik gezien zijn aard, omvang en intensiteit heeft. Bepalend is of deze uitstraling van dien aard is dat deze niet meer valt te rijmen met de woonfunctie van het perceel. Het normale gebruik als bergruimte, bijkeuken, garage of een ruimte voor het beoefenen van hobby’s wordt in zijn algemeenheid passend geacht binnen een woonbestemming en past daarmee ook binnen de termen van het vergroten van het woongenot. Ook als het gaat om het hobbymatig houden van bijvoorbeeld duiven of kippen zal dat in beginsel geen probleem opleveren. Dat geldt ook voor een duivenhok. In het kader van het Besluit meldingplichtige bouwwerken werd een duivenhok gezien als een gebouw ten dienste van een groter genot van het gebruik van een woning (zie de uitspraak van de Voorzitter Afdeling rechtspraak Raad van State van 17 mei 1993, Gst. 1993, 6975, nr. 8. Zie in dit verband ook de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 1 april 1996, BR 1996, blz. 908). In dit verband kan ook verwezen worden naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 22 maart 2001 (Gst. 2001, 7145. nr. 10) waarin met toepassing van het criterium “ruimtelijke uitstraling” het “slechts” hobbymatig houden van dieren (paarden), gekwalificeerd werd als passend binnen de woonbestemming. Tot dit oordeel droeg in casu bij dat het betrokken perceel gelegen was in het buitengebied.
Uit jurisprudentie kan in dit verband voorts worden afgeleid dat huisgebonden beroepsuitoefening van traditionele vrije beroepen (zoals arts, notaris, advocaat) binnen een woonbestemming kunnen worden uitgeoefend, mits de woonfunctie (in ruimtelijke en visuele zin) in overwegende mate behouden blijft. Voor overig beroeps- en bedrijfsmatig medegebruik in woningen zal het eerder genoemde criterium van “ruimtelijke uitstraling” doorslaggevend zijn voor de vraag in hoeverre de activiteiten nog verenigbaar zijn met een woonbestemming (verwezen kan in dit verband onder meer worden naar KB 17 mei 1995, BR 1995, blz. 851, KB 25 juni 1993, BR 1993, blz. 711, Afdeling rechtspraak Raad van State 18 februari 1992, Gst. 6954, nr. 8 Zie ook het artikel van mw. A.F. de Lange in BR 1998, nr. 11, “De ballade van de huisarts en de kapper; De woonbestemming als planologische-juridisch beletsel voor aan-huis-verbonden-activiteiten”. Voorts zij verwezen naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 14 november 2001, Gst. 2002, 7157, nr. 9, met noot Teunissen, waarin een verbouwing van een garage tot kapsalon niet passend werd geacht binnen een woonbestemming).
Indien er sprake is van een activiteit die niet strekt tot vergroting van het woongenot – bijvoorbeeld in het bijgebouw wordt een afhaal-chinees gevestigd of er is een zelfstandige nieuwe woning ontstaan in een bijgebouw – dan ‘herleven’ op grond van artikel 20 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening de gebruiksvoorschriften van het bestemmingsplan en zou er, mits het gevestigde gebruik in strijd is met deze voorschriften, door het college van burgemeester en wethouders handhavend kunnen worden opgetreden (zie in dit verband ook de toelichting bij het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken, Stb. 2002, 410, blz. 12). Algemeen kan in ieder geval gesteld worden dat op grond van de jurisprudentie een aan huis gebonden beroep wel is toegestaan in de woning, maar niet in een bijgebouw bij de woning.
Verder is het niet toegestaan om in een bijgebouw bij een woning primaire woonfuncties onder te brengen. Het gebruik als woonkamer, keuken of slaapkamer is dus niet toegestaan.
Trefwoorden: Tuinhuisje, Schuur, Blokhut, Berging, Dierenverblijf, Stal
Aanbouw bij nieuwbouwwoning vergunningsvrij
Bij een nieuwbouwproject dat reeds in uitvoering is en waarvoor reeds een omgevingsvergunning is verleend wil de eigenaar een uitbouw aan de achterzijde bouwen. Mag bij deze in aanbouw zijnde woning al een vergunningsvrije aanbouw gebouwd worden?
Ja, dit is toegestaan. Dit is een van de belangrijke veranderingen met de overgang van het vergunningsvrije bouwen volgens het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige bouwwerken naar het vergunningvrije bouwen volgens het Besluit omgevingsrecht. De ‘oude’ voorwaarde dat het bouwen van aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen alleen bij bestaande woningen was toegestaan is komen te vervallen. Daardoor is het nu dus ook toegestaan om vergunningvrij te bouwen bij woningen die nog in aanbouw zijn. De vergunningvrij toegevoegde onderdelen moeten natuurlijk wel aan de voorschriften voor nieuwbouw uit het Bouwbesluit 2003 voldoen.
Verder is het ook toegestaan om andere hoofdgebouwen dan woningen vergunningsvrij te vergroten. Of u een vergunning nodig heeft kunt u nagaan middels de folders vergunningvrij bouwen. Of kijk in de categoriën bij het juiste onderwerp om te zien of de bouwwerkzaamheden vergunningsvrij zijn.
advertentie:
www.haxo.nl webshop voor al uw klusmateriaal.
Diepte aanbouw FAQ
Ik wil een aanbouw, uitbouw of serre aan mijn woning bouwen. Mijn oorspronkelijke gevel verspringt echter. Hoe dien ik nu de toegestane diepte van mijn uitbouw te bepalen?
Er zijn twee antwoorden mogelijk op deze vraag. Als uw aanbouw strijdig is met het bestemmingsplan dan kunt u alleen bouwen conform artikel 2 van bijlage II Bor. Hieronder de uitleg van dit artikel.
Volgens artikel 2
En aanbouw, uitbouw of serre wordt in het kader van vergunningsvrij bouwen een ‘bijbehorend bouwwerk’ genoemd. Voor het bouwen van een bijbehorend bouwwerk moet u op ieder punt op de gevel voldoen aan de voorwaarde met betrekking tot de diepte. Daarbij dient u de afstand te meten haaks op het oorspronkelijk hoofdgebouw.
De nieuwe uitbouw zal dan ook dezelfde vorm krijgen als de oorspronkelijke gevel indien op ieder punt maximaal wordt uitgebouwd. Zie ook onderstaande figuur.
Schema aanbouw
Versiedatum: 01-10-2010
Volgens artikel 3
Voor het tweede antwoord maken we gebruik van artikel 3 lid 1 van bijlage II Bor. Volgens dit artikel mag vergunningsvrij gebouwd worden in overeenstemming met het bestemmingsplan tot een hoogte van 5 meter. Kijk op de site van uw gemeente of de bestemmingsplannen digitaal beschikbaar zijn. Staat het bestemmingsplan (van uw perceel) niet op de website, stuur dan een mail naar de gemeente en vraag om een pdf bestand van de voorschriften, plankaart en legenda.
Uw aanbouw moet in het achtererfgebied geplaatst worden. Klik hier om voor meer informatie over het achtererfgebied. Valt de aanbouw (lager dan 5 meter) in het achtererfgebied dan kijken we naar de bebouwingsmogelijkheden in het bestemmingsplan. Sommige bestemmingsplannen zijn heel gedetailleerd andere weer globaal. Bij gedetailleerde bestemmingsplannen moet u vaak meten hoe diep een aanbouw volgens de plankaart mag worden. Is een bestemmingsplan globaal dan staat er vaak in de voorschriften eisen omtrent bebouwingspercentage van het erf of achtererfgebied. Is daarin geen afstand genoemd, maar een maximum oppervlakte, dan zou in theorie de aanbouw tot aan de achtergrens van uw tuin mogen. Hierin zijn veel variaties mogelijk! Overleg bij twijfel altijd even met uw gemeente.
Tip!
De energieprijzen gaan per 1 juli stijgen! Zet je energiekosten de komende 3 jaar vast en voorkom verhoging van je maandlasten. Wij zijn overgestapt naar GREENCHOICE. Groen, snel en service. Een aanrader!
Wat is een erf? FAQ
Wat is een ‘erf’?
In jip en janneke taal: het perceel waar uw woning of bedrijfsgebouw op staat. Bij hele grote percelen die feitelijk niet zijn ingericht als erf kan discussie ontstaan. Hieronder de uitleg van het ministerie VROM.
Uitleg volgens ministerie VROM
In artikel 1 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor) is voor erf de volgende definitie opgenomen:
Erf: Al dan niet bebouwd perceel of een gedeelte daarvan dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
Deze definitie is afgeleid uit de jurisprudentie (zie ABRS 15 september 1997, AB 1998, nr. 5). Uitgangspunt is dat het gehele perceel grond bij een hoofdgebouw (woning, bedrijfsgebouw, etc.) in beginsel als erf kan worden aangemerkt. Echter uit de systematiek van een bestemmingsplan kan voortvloeien dat bepaalde, verder van het hoofdgebouw af gelegen, delen van het perceel niet als erf aangemerkt kunnen worden. Dit zal het geval kunnen zijn bij grotere percelen, veelal gelegen buiten de bebouwde kom. Bij die percelen zie je soms dat bestemmingsplannen het perceel onderverdelen in een bouwblok, waar het hoofdgebouw kan worden gebouwd, in een gedeelte dat veelal is aangeduid als Erf I of Tuin I, waarin bijgebouwen en verhardingen mogen worden gerealiseerd, en een deel dat wordt aangeduid als Erf II, Tuin II, Bos of iets dergelijks. Binnen deze laatste bestemming mogen geen bouwwerken, verhardingen en andere bij normaal gebruik als erf te gebruiken terreininrichtingen worden gerealiseerd. Uitgaande van deze bestemmingsplansystematiek kan gesteld worden dat deze laatstbedoelde delen van een perceel niet aangemerkt kunnen worden als het erf en daar kunnen dus ook geen vergunningsvrije bouwwerken worden gebouwd.
Bij bestemmingsplannen waar aan- en uitbouwen en bijgebouwen alleen gebouwd mogen worden op een afstand van minimaal 3 meter achter de voorgevelbouwgrens (of voorgevelrooilijn) kan niet gesteld worden dat deze 3 meter-zone niet beschouwd zou kunnen worden als erf. Deze 3 meter-zone is direct gelegen bij de woning en veelal feitelijk ingericht als erf met verhardingen. Daarbij staat het Besluit omgevingsrecht het bouwen op 1 meter achter het voorerf (voor zover dit achtererfgebied is) nadrukkelijk toe. Dus in die gevallen kan niet gesteld worden dat geen sprake zou zijn van erf. Samengevat: verbieden houdt in dat al het bouwen en verharden is verboden op grond van het bestemmingsplan (of de beheersverordening).
Tip!
Gratis Elektriciteit
Terugverdientijd zonnepanelen voor bedrijven 3 jaar! Vraag naar de mogelijkheden door in te schrijven.
www.gratiselektriciteit.nl Een handige website waar u op basis van de terugverdientijd zich gratis kunt inschrijven voor zonnepanelen offertes. Via deze site zijn al offertes afgegeven voor zonnepanelen met een prijs (zelf installeren) van € 1,57 per Wp voor A-klasse zonnepanelen. En dat is goedkoop! Terugverdientijd (zonder subsidie) nu ongeveer 8 jaar voor particulieren. Hoe meer mensen zich inschrijven, hoe goedkoper de panelen. Wij hebben ons ingeschreven.
Gebouwd in afwijking vergunningsvrije regels FAQ
Ik heb een bouwwerk gebouwd waarvan ik dacht dat het vergunningsvrij was. Nu blijkt dat ik toch een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen nodig had voor het bouwwerk. Wat moet ik nu doen?
Op basis van artikel 2.1 lid 1 onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) mag niet gebouwd worden zonder of in afwijking van de verkregen omgevingsvergunning. Aangezien u een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen nodig had, maar deze niet hebt verkregen, bent u in overtreding van artikel 2.3a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Het bouwwerk is dus illegaal gebouwd.
U kunt nu overleggen met de gemeente of het bouwwerk gelegaliseerd kan worden door het alsnog aanvragen van een omgevingsvergunning. Lukt dat niet dan kunt u het bouwwerk zodanig aanpassen dat het bouwwerk wel voldoet aan de voorwaarden voor vergunningsvrij bouwen. Kijk in de categoriën (rechter kolom) voor de vergunningsvrij voorwaarden op deze site voor het betreffende onderwerp.
Indien het bouwwerk niet gelegaliseerd kan worden en niet kan worden aangepast zodat het toch bouwvergunningsvrij is, dan zult u het bouwwerk af moeten breken.
De gemeente heeft de bevoegdheid om handhavend op te treden tegen bouwactiviteiten die in strijd met de wet zijn verricht. Er kan dan bestuursdwang worden toegepast. Dit betekent dat de gemeente, op kosten van de overtreder, de zonder vergunning verrichte bouwwerkzaamheden ongedaan kan maken. De bestuursdwang kan worden aangezegd aan iedereen die het in zijn macht heeft om een einde aan de overtreding te maken. Daarnaast kent de wet de mogelijkheid voor het opleggen van een dwangsom om de overtreding ongedaan te maken.
Voordat de gemeente overgaat tot het toepassen van bestuursdwang moet de afweging worden gemaakt of het mogelijk is om voor het gebouwde alsnog een omgevingsvergunning te verlenen. Verzoekt de gemeente u een omgevingsvergunning aan te vragen en doet u dit niet dan loopt u het risico dat de gemeente handhavend op zal treden en u zal sommeren de voorzieningen te verwijderen. Doet u dit niet, dan kan dit tot gevolg hebben dat de gemeente de aangebrachte voorzieningen laat verwijderen.
Wij adviseren u om alsnog een omgevingsvergunning aan te vragen. De situatie dat het bouwwerk al een x-aantal jaren wordt gedoogd veranderd hier niets aan.
De procedure voor bestuursdwang en dwangsom is opgenomen in hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht.
Termijn beslissen (gewijzigde) omgevingsvergunning FAQ
Ik moet toch een omgevingsvergunning aanvragen. Welke beslistermijn geldt voor een gewijzigde omgevingsvergunning?
De aanvraag wordt gezien als een normale aanvraag om een omgevingsvergunning. Daarvoor gelden de normale termijnen die voor de afhandeling van een omgevingsvergunning gelden: 8 weken voor de reguliere procedure en 6 maanden voor de uitgebreide procedure. Ook de mogelijkheden tot aanhouding en verdaging zijn van toepassing op de aanvraag voor wijziging van een omgevingsvergunning.
Zoek goed uit of u voor de wijzigingen wel een omgevingsvergunning nodig heeft! Kijk onder de categoriën (rechter kolom op deze site) voor de betreffende vergunningsvrije voorwaarden.
Adviesbureau = gemachtigde FAQ
Ik heb toch een omgevingsvergunning nodig. Indien een adviesbureau voor een opdrachtgever een aanvraag om omgevingsvergunning verzorgt en op het aanvraag formulier bij de gegevens van de aanvrager de gegevens van de opdrachtgever invult, waarbij het adviesbureau als gemachtigde optreedt, op wiens naam wordt dan de vergunning gesteld? Op naam van de aanvrager of op naam van de gemachtigde?
De omgevingsvergunning wordt op naam gesteld van degene die bij “aanvrager” is ingevuld. Normaal gesproken zullen hier dus de gegevens van de opdrachtgever worden ingevuld. De gegevens van het adviesbureau worden ingevuld bij “gemachtigde”.
Diegene die de aanvraag op naam krijgt, krijgt ook de rekening. Wij nemen aan dat het adviesbureau niet de rekening voor de aanvrager betaald! Als u de aanbouw samen met uw buren realiseert dan is het handig om elk een aparte aanvraag in te dienen. U hoeft dan niet de bouwleges te betalen voor uw buren en hopen dat u het geld terug krijgt van uw buurman. Ook is het handig i.v.m. de handhaving van de bouwregels om elk apart een aanvraag in te dienen.
Wijzigen bestaande omgevingsvergunning FAQ
Is er naast het formulier “Aanvraag omgevingsvergunning” dat via het Omgevingsloket online gegenereerd kan worden een apart formulier dat specifiek bedoeld is voor een “Wijziging aanvraag omgevingsvergunning” of dient daarvoor hetzelfde formulier gebruikt te worden?
Er is geen apart formulier ‘wijziging omgevingsvergunning’. U kunt het formulier van het Omgevingsloket online gebruiken voor het doorgeven van een wijziging. Op het formulier kunt u aangeven dat reeds eerder een aanvraag is ingediend.
Het is dan handig voor de gemeente dat u duidelijk aangeeft wat de wijziging is. Laat een nieuwe tekening maken (of maak hem zelf) van de te wijzigen onderdelen. Stuur de oude vergunning in kopie mee en geef aan dat dit als “bestaande toestand” beschouwd moet worden. Geef aan dat u hier een wijziging op wenst.
Geld/poen/financieel
Let op! U moet opnieuw leges betalen voor de omgevingsvergunning. Vul alleen de kosten in van de wijziging. Als u alleen een raam wijzigt in een voorgevel van een nieuwbouwwoning (die in aanbouw is) dan vult u dus alleen de kosten in voor het plaatsen van een kozijn. U moet er dan vanuit gaan dat de woning er al “staat”, en dat een aannemer dan langskomt om een kozijn te plaatsen in een “bestaand” huis. In de praktijk komt er natuurlijk geen aannemer langs om het kozijn te plaatsen, maar zal de aannemer direct de wijziging meenemen tijdens de bouw. Vul nooit de totale kosten van het hele huis opnieuw in. De leges worden berekend over de aanneemsom. Vul dus alleen de aanneemsom van het te wijzigen gedeelte. Soms is dit lastig te bepalen en dan vult u het bij benadering in. Zo voorkomt u dat u twee keer betaald voor het gehele huis! Overleg desnoods van te voren met de gemeente over hoe u e.e.a. invult.