Speeltoestel bij bedrijf
Bij bedrijven alleen mogelijk als….
Een sport of speeltoestel bij een bedrijf kan vergunningsvrij geplaatst worden indien het speeltoestel in overeenstemming is met het bestemmingsplan. De basis hiervoor is te vinden in artikel 3 lid 4 van bijlage II Bor. Hierbij kun je denken aan een speeltoestel bij de Mc Donalds of een ander restaurant. Als de plek en de toelaatbare hoogte in overeenstemming is met het bestemmingsplan dan kan het speeltoestel geplaatst worden mits:
- speeltoestel niet hoger is dan 4 meter
- uitsluitend functioneerd op zwaartekracht of menskracht. (mag geen motor hebben)
Kijk dus goed of de plek in overeenstemming is met het bestemmingsplan. In het bestemmingsplan staan vaak eisen omtrent bouwwerken, die GEEN gebouw zijn. Meestal valt een speeltoestel hier onder. Het speeltoestel moet aan de eisen in het bestemmingsplan voldoen. Kijk op de website van de gemeente voor het bestemmingsplan of vraag het op per mail. Het verschil met een particulier speeltoestel is de hoogte en de strijdigheid met het bestemmingsplan. Bij een particulier mag de hoogte maximaal 2,5 meter zijn, maar wel strijdig zijn met het bestemmingsplan.
Tijdelijke stacaravan vervolg
Tijdelijke stacaravan tbv wonen bij bouwproject
We komen terug op het eerdere artikel over stacaravans bij bouwprojecten ten behoeve van tijdelijke bewoning. De helpdesk bouwregelgeving heeft geantwoord dat het omgevingsvergunningsplichtig is. De ruimte die sommigen dachten te zien is daarmee (voorlopig) van de baan.
Helpdesk:
Bijgaand ontvangt u het antwoord op de door u aan de Helpdesk Bouwregelgeving gestelde vraag.
Antwoord:
Een stacaravan valt naar ons inzien niet onder artikel 2, onderdeel 20 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Het betreft hier bouwwerken die ten dienste zijn van de betreffende bouwactiviteiten op het terrein. Een stacaravan valt hier niet onder, maar moet gezien worden als een tijdelijke woning.
De zeer korte periode die in vraag 380 wordt genoemd betreft 30 dagen.
Op grond van jurisprudentie (die een tent betrof) werd door de rechter (RvS) geoordeeld dat de tent geen bouwwerk was omdat deze tent minder dan 30 dagen op dezelfde plaats stond. Uit deze uitspraak valt dus af te leiden dat er geen sprake is van een bouwwerk indien iets minder dan 30 dagen staat. In dat geval is er dus geen omgevingsvergunning voor bouwen nodig, omdat er geen sprake is van een bouwwerk.
Met vriendelijke groet,
Helpdesk Bouwregelgeving
Tip!
De energieprijzen gaan per 1 juli stijgen! Zet je energiekosten de komende 3 jaar vast en voorkom verhoging van je maandlasten. Wij zijn overgestapt naar GREENCHOICE. Groen, snel en service. Een aanrader!
Bedrijfsgebouw & brandcompartiment
Industriepanden vergunningsvrij
Ook bedrijven kunnen vergunningsvrij bouwen. De basis hiervoor ligt met name in artikel 3 lid 1 van bijlage II Bor. Ook artikel 2 van de bijlage II geeft bouwmogelijkheden. Alleen zijn die minder interesant voor een bedrijf. Artikel 3 gaat over bouwmogelijkheden in overeenstemming met het bestemmingsplan en lager dan 5 meter.
De bouwmogelijkheden voor industrieparken zijn vaak groter dan bij de particulier. Dat betekend ook dat bedrijven veel vergunningsvrij kunnen bouwen in het achtererfgebied. Controleer dus goed het bestemmingsplan. Hierin staat bijvoorbeeld:
- de maximale goothoogte
- de maximaal bebouwde oppervlakte
- de minimale perceelsafstand
- de eventuele bouwgrenzen
- of er een bouwvlak is waarbinnen de bouw gerealiseerd moet worden
- de minimale of maximale dakhelling
- er kan nog meer in staan, check dit goed.
Is de te bouwen loods of bedrijfspand in overstemming met het bestemmingsplan, lager dan 5 meter en in het achtererfgebied, dan zou het onderstaande mogelijk zijn. Even een voorbeeld.
klik op afbeelding om te vergroten (more…)
Schoorsteen
Overige veranderingen aan een bouwwerk
In artikel 3 lid 8 van de bijlage II Bor staat een restcategorie. Indien een bouwwerk niet genoemd staat in artikel 2 of artikel 3 lid 1 tot en met 7 dan kan het nog vallen in de restcategorie van lid 8. Een verandering van een bouwwerk. Hier valt ook een schoorsteen onder.
Op woning /recreatiewoning
Onder dit artikel valt bijvoorbeeld een ventilatie uitmonding in het dak of een rookgasafvoer pijp in het dak. Maar ook een kleine of normale schoorsteen vallen hieronder. Een schoorsteen (van steen) of een pijp op het dak voor de houtkachel die niet al te hoog is, is vergunningsvrij.
Bedrijven
Hoe zit het dan bij bedrijven? Dat is een goeie. Het gaat in artikel 3 lid 7 om veranderingen aan een bouwwerk. Een kleine pijp voor rookgasafvoer is vergunningsvrij. De uitmondig van de cv installatie van een bedrijf is vergunningsvrij. Maar een grotere schoorsteen of pijp is niet vergunningsvrij. Dit is duidelijk te lezen in de toelichting van het artikel op blz 158 van de Bor. Daar wordt namelijk gesproken over een kleine schoorsteen. Over de uitleg van het begrip klein zal in de toekomst vast nog wel jurisprudentie komen zodra een gemeente en een bouwer het niet met elkaar eens zijn. Wilt u er voor zorgen dat het niet tot een rechtzaak komt, neem dan contact op met de gemeente en maak van te voren afspraken over wat een kleine of een grote schoorsteen is.
Keerwand of Kademuur
Artikel 2 lid 13
Een kademuur, keerwand of walmuur kunnen vergunningsvrij gebouwd worden indien het terrein hoogteverschil niet hoger is dan 1 meter. De basis is artikel 2 lid 13 van bijlage II Bor. Dergelijke bouwwerken waren niet vergunningsvrij maar zijn nu sinds 1 oktober 2010 vergunningsvrij. Is het hoogteverschil tussen de niveau’s meer dan 1 meter dan dient er een omgevingsvergunning aangevraagd worden. Gemeenten en waterschappen hebben dus niet veel aan deze regel. Voor hen zal het hoogte verschil vaak meer dan 1 meter bedragen. Voor veel particulieren is de regel wel van toepassing.
Hoe moet je de hoogte meten als de keerwand of kademuur in het water staat? Je dient te meten vanaf de bodem van de sloot, rivier of watergang tot aan de bovenkant van de keermuur/kademuur. Daarnaast mag de keerwand niet boven de grond van het hoogst gelegen terreingedeelte uitsteken.
Advertentie:
Vlonderhout kopen
www.vlonderhout.com. Houtmateriaal bestellen voor uw vlonder. Levering in heel Nederland en Belgie . Kijk ook eens op schuttinghout.com en www.haxo.nl voor klusmateriaal.
Kapschuur bij agrarisch bedrijf
Vergunningsvrij bouwen volgens artikel 3
Bouwen volgens artikel 3 lid 1 bijlage II Bor maakt veel mogelijk voor vergunningsvrij bouwen bij de boer. Dat komt met name door de ruimte die het bestemmingsplan geeft!
In artikel 3 lid 1 staat; een bijbehorend bouwwerk in het achtererfgebied, mits niet hoger dan 5 meter. Uitgangspunt van artikel 3 is wel dat het bouwplan moet voldoen aan het bestemmingsplan! Dus uitzoeken wat in het bestemmingsplan staat. Bij de meeste boeren bedrijven zijn de bouwmogelijkheden echter groot en ruim.
De kapschuur mag niet hoger dan 5 meter worden! Moet de nok wel hoger dan 5 meter worden, dan heeft u een omgevingsvergunning nodig. Het is dus handig om te kijken naar een kapschuur met een nok van 5 meter hoog.
Let ook op de goothoogte die in het bestemmingsplan staat voorgeschreven. Als de goothoogte maar 3 meter mag bedragen, en je wilt een kapschuur bouwen, dan is vaak aan één kant de goothoogte hoger dan aan de andere kant. Stel dat de goothoogte aan de hoge kant 4 meter moet bedragen, dan is die goothoogte strijdig met het bestemmingsplan. Heeft de boer nu een “bouwvergunning” nodig? Nee! Wel moet hij omgevingsvergunning aanvragen voor ontheffing van de goothoogte. Zodra de ontheffing in huis is, mag er vergunningsvrij een kapschuur gebouwd worden met aan één kant een hogere goot. De ontheffing kost uiteraard leges/geld. Maar er hoeft niet betaald te worden voor bouwleges, omdat het vergunningsvrij is. Uiteraard moet de kapschuur wel in het achtererfgebied geplaatst worden. Anders is de kapschuur niet vergunningsvrij.
Stel dat in het bestemmingsplan een goothoogte genoemd staat van 4 meter. Dan voldoet de goothoogte (van ons voorbeeld) van 4 meter aan het bestemmingsplan. Als de nok lager dan 5 meter is, dan kan er vergunningsvrij in het achtererfgebied gebouwd worden! Succes.
Klik hier voor het downloaden van de rijksoverheid folder.
Heien t.b.v. vergunningsvrij bouwen
Vergunningsvrij heien
Is heien voor een vergunningsvrij bouwwerk ook vergunningsvrij? Ja. Het is onderdeel van de constructie. Het gehele bouwwerk is vergunningsvrij en kan zonder toestemming van de gemeente gebouwd worden. Bespreek de fundering goed door met uw aannemer.
Aandacht voor trillingen bij heien. Voorkom schade buren.
U hebt een bouwplan waarbij geheid moet worden ten behoeve van uw fundering. Indien er bestaande bebouwing in de nabijheid van de werkzaamheden staan dan is het handig om met de eigenaren van die aanliggende bebouwing in overleg te treden. Vaak komt het namelijk voor dat uw (toekomstig) buurman/vrouw onaangenaam verrast wordt indien er s’ochtendsvroeg een hei-installatie voor de deur staat.
Wij adviseren u om van tevoren een opname te maken van de staat van de bestaande bebouwing in de directe omgeving van de heiwerkzaamheden. Hiermee kunnen dan discussies voorkomen worden of de scheur in de muur er nu wel of niet in zat.
Bouwverordening
Indien eigenaren van belendingen onaanvaardbare overlast ondervinden (waardoor bijvoorbeeld schade kan ontstaan of te verwachten is) van de heiwerkzaamheden dan kunnen zij bij de Gemeente een handhavingverzoek indienen om de werkzaamheden stil te leggen. De Gemeente zal dan moeten kijken of de werkzaamheden wel of niet kunnen doorgaan. In de bouwverordening staat namelijk:
Artikel 7.3.2 Veiligheid van hulpmiddelen en het voorkomen van hinder
- Burgemeester en wethouders kunnen het gebruik van een werktuig, dat schade of ernstige hinder voor de omgeving veroorzaakt of kan veroorzaken, verbieden.
- Burgemeester en wethouders kunnen voorschrijven, dat voor een op een werk te gebruiken krachtwerktuig:
- uitsluitend een bepaalde brandstof wordt gebezigd, en/of
- de aandrijving elektrisch geschiedt, en/of
- het werktuig gedurende bepaalde delen van een etmaal niet mag worden gebruikt.
Omdat niemand gebaat is bij het stilleggen van werkzaamheden is het dus zaak dat u van tevoren goed overleg hebt gepleegd met uw aannemer en constructeur. Met name de constructeur kan u adviseren of heien wel of niet mogelijk is. Een alternatief voor het heien is gebruik maken van boorpalen. Wij geven u dit in overweging om dit alternatief met uw constructeur te bespreken gelet op de aanwezige bestaande bebouwing. Met boorpalen voorkomt u trillingen en wellicht een hoop ellende.
Verschil tussen aanbouw en bijgebouw FAQ
Wat is het verschil tussen een uitbouw en een aanbouw? Wat is het verschil met een bijgebouw?
In bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht wordt niet meer gesproken over aan- en uitbouwen of bijgebouwen. Dergelijke bouwwerken zijn nu gevat onder de gezamenlijke naam: bijbehorende bijgebouwen. Het verschil tussen aan- en uitbouwen en bijgebouwen zoals dat werd gehanteerd in het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningsplichtige bouwwerken (Bblb) bleek moeilijk hanteerbaar en slecht handhaafbaar. Daarom is nu gekozen voor de term bijbehorende bouwwerken waaronder zowel aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen als overkappingen vallen. De voorwaarden waaronder bijbehorende bouwwerken zonder omgevingsvergunning gebouwd mogen worden zijn opgenomen in artikel 2 en 3 van bijlage II bij het Bor. De definitie van het begrip bijbehorend bouwwerk is terug te vinden in artikel 1 lid 1 van dezelfde bijlage
Trefwoorden: Tuinhuisje, Schuur, Blokhut, Berging, Garage
Wat wordt bedoeld met functioneel verbonden FAQ
Wat wordt bedoeld met “functioneel verbonden met” in verband met het vergunningvrij bouwen van een bijbehorend bouwwerk (aan- en uitbouwen en bijgebouwen en overkappingen)?
Het begrip ‘functioneel verbonden met’ is in de plaats gekomen van ‘ter vergroting van het woongenot’. Dit was noodzakelijk omdat met het vergunningvrij bouwen volgens het Besluit omgevingsrecht ook is toegestaan bijbehorende bouwwerken bij niet woningen te bouwen. Functioneel verbonden zijn met houdt in dat het gebruik van het bijbehorende bouwwerk in planologisch opzicht gerelateerd moet zijn aan het gebruik van het hoofdgebouw. In de verdere toelichting gaan wij in op woningen, echter hetzelfde gaat op voor overige hoofdgebouwen.
Op basis van de voorwaarde ‘functioneel verbonden met’ mag in het bijbehorend bouwwerk geen gebruik worden gerealiseerd dat zich niet verhoudt met de geldende bestemming. Activiteiten die normaliter zijn toegestaan binnen bijvoorbeeld een bestemming ‘woondoeleinden’ zijn ook toegestaan binnen deze bouwwerken. De jurisprudentie die (in het verleden) is ontwikkeld over de vraag welke gebruiksactiviteiten zijn toegestaan binnen een woonbestemming kan dus richtinggevend zijn bij de uitleg van het begrip ‘vergroten van het woongenot’. Ook de toelichting op het de definitie van ‘bijbehorend bouwwerk’ in het Besluit omgevingsrecht (Bor) helpt hierbij.
Reeds meermalen is in jurisprudentie bepaald dat de vraag of een bepaald gebruik binnen een woonbestemming past, beoordeeld dient te worden aan de hand van ruimtelijke uitstraling die dat gebruik gezien zijn aard, omvang en intensiteit heeft. Bepalend is of deze uitstraling van dien aard is dat deze niet meer valt te rijmen met de woonfunctie van het perceel. Het normale gebruik als bergruimte, bijkeuken, garage of een ruimte voor het beoefenen van hobby’s wordt in zijn algemeenheid passend geacht binnen een woonbestemming en past daarmee ook binnen de termen van het vergroten van het woongenot. Ook als het gaat om het hobbymatig houden van bijvoorbeeld duiven of kippen zal dat in beginsel geen probleem opleveren. Dat geldt ook voor een duivenhok. In het kader van het Besluit meldingplichtige bouwwerken werd een duivenhok gezien als een gebouw ten dienste van een groter genot van het gebruik van een woning (zie de uitspraak van de Voorzitter Afdeling rechtspraak Raad van State van 17 mei 1993, Gst. 1993, 6975, nr. 8. Zie in dit verband ook de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 1 april 1996, BR 1996, blz. 908). In dit verband kan ook verwezen worden naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 22 maart 2001 (Gst. 2001, 7145. nr. 10) waarin met toepassing van het criterium “ruimtelijke uitstraling” het “slechts” hobbymatig houden van dieren (paarden), gekwalificeerd werd als passend binnen de woonbestemming. Tot dit oordeel droeg in casu bij dat het betrokken perceel gelegen was in het buitengebied.
Uit jurisprudentie kan in dit verband voorts worden afgeleid dat huisgebonden beroepsuitoefening van traditionele vrije beroepen (zoals arts, notaris, advocaat) binnen een woonbestemming kunnen worden uitgeoefend, mits de woonfunctie (in ruimtelijke en visuele zin) in overwegende mate behouden blijft. Voor overig beroeps- en bedrijfsmatig medegebruik in woningen zal het eerder genoemde criterium van “ruimtelijke uitstraling” doorslaggevend zijn voor de vraag in hoeverre de activiteiten nog verenigbaar zijn met een woonbestemming (verwezen kan in dit verband onder meer worden naar KB 17 mei 1995, BR 1995, blz. 851, KB 25 juni 1993, BR 1993, blz. 711, Afdeling rechtspraak Raad van State 18 februari 1992, Gst. 6954, nr. 8 Zie ook het artikel van mw. A.F. de Lange in BR 1998, nr. 11, “De ballade van de huisarts en de kapper; De woonbestemming als planologische-juridisch beletsel voor aan-huis-verbonden-activiteiten”. Voorts zij verwezen naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State van 14 november 2001, Gst. 2002, 7157, nr. 9, met noot Teunissen, waarin een verbouwing van een garage tot kapsalon niet passend werd geacht binnen een woonbestemming).
Indien er sprake is van een activiteit die niet strekt tot vergroting van het woongenot – bijvoorbeeld in het bijgebouw wordt een afhaal-chinees gevestigd of er is een zelfstandige nieuwe woning ontstaan in een bijgebouw – dan ‘herleven’ op grond van artikel 20 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening de gebruiksvoorschriften van het bestemmingsplan en zou er, mits het gevestigde gebruik in strijd is met deze voorschriften, door het college van burgemeester en wethouders handhavend kunnen worden opgetreden (zie in dit verband ook de toelichting bij het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken, Stb. 2002, 410, blz. 12). Algemeen kan in ieder geval gesteld worden dat op grond van de jurisprudentie een aan huis gebonden beroep wel is toegestaan in de woning, maar niet in een bijgebouw bij de woning.
Verder is het niet toegestaan om in een bijgebouw bij een woning primaire woonfuncties onder te brengen. Het gebruik als woonkamer, keuken of slaapkamer is dus niet toegestaan.
Trefwoorden: Tuinhuisje, Schuur, Blokhut, Berging, Dierenverblijf, Stal
Aanbouw bij nieuwbouwwoning vergunningsvrij
Bij een nieuwbouwproject dat reeds in uitvoering is en waarvoor reeds een omgevingsvergunning is verleend wil de eigenaar een uitbouw aan de achterzijde bouwen. Mag bij deze in aanbouw zijnde woning al een vergunningsvrije aanbouw gebouwd worden?
Ja, dit is toegestaan. Dit is een van de belangrijke veranderingen met de overgang van het vergunningsvrije bouwen volgens het Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige bouwwerken naar het vergunningvrije bouwen volgens het Besluit omgevingsrecht. De ‘oude’ voorwaarde dat het bouwen van aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen alleen bij bestaande woningen was toegestaan is komen te vervallen. Daardoor is het nu dus ook toegestaan om vergunningvrij te bouwen bij woningen die nog in aanbouw zijn. De vergunningvrij toegevoegde onderdelen moeten natuurlijk wel aan de voorschriften voor nieuwbouw uit het Bouwbesluit 2003 voldoen.
Verder is het ook toegestaan om andere hoofdgebouwen dan woningen vergunningsvrij te vergroten. Of u een vergunning nodig heeft kunt u nagaan middels de folders vergunningvrij bouwen. Of kijk in de categoriën bij het juiste onderwerp om te zien of de bouwwerkzaamheden vergunningsvrij zijn.
advertentie:
www.haxo.nl webshop voor al uw klusmateriaal.